...

• Indien een leverancier de kogelbiefstuk bevroren levert, dan dient u deze een dag van tevoren te ontvangen zodat het ontdooid is wanneer het gebruikt dient te worden.
• Indien een leverancier een bepaald ingrediënt later op de dag levert, dan kan het zijn dat deze niet op tijd binnen is om die dag nog mee te gaan in de productie.

Kolom O > Per stuk weergeven 

Hier geeft u aan hoe u het ingrediënt wilt zien binnen de keuken: per producteenheid of per rekeneenheid.

• Indien u een ingrediënt wilt zien per producteenheid dan dient u hier JA te vullen.
• Indien u een ingrediënt wilt zien per rekeneenheid dan dient u hier NEE te vullen.

Voorbeeld van per producteenheid:

• Eieren wil je op het recept als “stuk” hebben en niet kilo’s. Kilo’s zegt in dat geval niets.

Voorbeeld van per rekeneenheid:

• Melk moet per “liter” getoond worden op het recept.

Kolom Q > Opslaglocatie

Vul hier de locatie in waar het product meestal bewaard wordt. Voorbeeld; droogmagazijn/ koeling / diepvries.

...

Leveranciers

...

De kolommen ‘Y tot AK” AL” doelen op de informatie vanuit de leverancier. Dit zijn de velden in het tabblad “Leveranciers”

...

Kolom AA > Artikelnummer Leverancier

Heeft uw leverancier een artikelnummer voor het product? Zo ja, dan noteert u deze hier.

Kolom AB > EAN

...

Consumenteneenheid

Dit is een Europees bepaald nummer die de leverancier kan aanleveren indien zij deze hanteren.

Kolom AC > EAN Handelseenheid

Dit is een Europees bepaald nummer die de leverancier kan aanleveren indien zij deze hanteren. 

Kolom AD > Inkoopeenheid

Deze eenheid is de eenheid waarop u inkoopprijs is gebaseerd (kolom ADAE). Dit kan hetzelfde zijn als Kolom C, maar dat hoeft niet. Voorbeeld van een doos afbakbroodjes:

• Producteenheid is stuk
• Inkoopeenheid is doos

Kolom

...

AE > Inkoopprijs

Dit is de prijs van de inkoopeenheid van kolom ACAD.

Kolom

...

AF > Omrekenfactor

Hier stelt u de vraag; Hoeveel “Producteenheid” (kolom C) zit er in 1 “Inkoopeenheid” (kolom ACAD). Zo kan EasyParty berekenen hoeveel 1 producteenheid kost. Voorbeeld van de doos afbakbroodjes:

• Er zitten 32 stuks afbakbroodjes in 1 doos. In dat geval is het getal dat u hier invult “32”.

Kolom

...

AH > Besteleenheid

Dit doelt op de eenheid waarin u bestelt. Dit kan anders zijn dan de inkoopeenheid, maar dit is vaak hetzelfde. Voorbeeld:

• Little gem sla: er zitten 6 kropjes sla in 1 plastic bakje. De prijs wordt bepaald per 6 stuks (1 bakje). Maar er moet altijd een krat van 4 bakjes besteld worden:
• Kolom C > Stuk
• Kolom AC AD > Bakje
• Kolom AE AF > 6 (stuks in een bakje)
• Kolom AG AH > Kist
• Kolom AH AI > 4 (bakjes in een kist)

Kolom

...

AI > Omrekenfactor

Hier stelt u de vraag; Hoeveel “Inkoopeenheid” (kolom ACAD) zit er in 1 “Besteleenheid” (kolom AGAH). Indien deze hetzelfde zijn, dan kunt u hier 1 invullen.

Kolom

...

AK > Minimale bestelhoeveelheid

Indien u een bepaalde prijsafspraak heeft met u leverancier, maar de voorwaarde is dat u meerdere eenheden per keer besteld, dan kunt u dat hierin beheren. Bijvoorbeeld; uw leverancier wilt dat u minstens 4 kistjes Little Gem sla besteld per keer. Dan vult u hier 4 in.

LET OP; Wij merken op dat deze veld voor de meeste klanten gewoon 1 is.

Kolom

...

AL > Bestelvolume

Dit is anders dan uw minimale bestelhoeveelheid. Indien uw leverancier aangeeft dat een ingrediënt in een hoeveelheid van 2 per keer besteld dient te worden, dan dient u hier 2 te vullen. Voorbeeld:

...

LET OP; Wij merken op dat deze veld voor de meeste klanten gewoon 1 is.

Kolommen

...

AM tot

...

AZ > Allergenen

Deze 14 kolommen bevatten de 14 verplichte allergenen die u als cateraar dient bij te houden. Per ingrediënt is het mogelijk om aan te geven welke allergenen deze bevatten.

...